Een manier om te meten hoeveel energie je lichaam verbruikt. Dit gebeurt door de hoeveelheid zuurstof die je inademt en de hoeveelheid kooldioxide die je uitademt te meten. Je kunt dit vergelijken met een soort ‘energie-meter’ die laat zien hoeveel energie je lichaam gebruikt, ook als je in rust bent.

Deze meting helpt om te begrijpen of het lichaam voldoende energie heeft, bijvoorbeeld bij ziekte of herstel. Als iemand veel energie verbruikt, kan het zijn dat hij of zij meer voeding nodig heeft. Als iemand te weinig energie gebruikt, kan dit wijzen op problemen met de stofwisseling. Door deze informatie kan de zorgverlener beter advies geven over voeding en behandeling.

De actometer is een klein apparaatje dat je enkele dagen op je bovenbeen draagt.  Het meet hoeveel en intensief je beweegt op een dag. 

Met de gegevens van de actometer kun je beter begrijpen hoeveel (of hoe weinig) je beweegt. Dit helpt bij het vinden van een goed evenwicht tussen inspanning en rust. Samen met je behandelaar kun je zo doelen stellen om bijvoorbeeld actiever te worden of juist beter te leren ontspannen.

Een manier om te meten hoeveel vet- en spiermassa je in je lichaam hebt. Dit gebeurt door een zwak elektrisch stroompje door je lichaam te sturen. Spieren geleiden de stroom beter dan vet, dus het apparaat kan bepalen hoeveel spier- en vetweefsel je hebt.

Deze meting helpt om te begrijpen of het gewicht gezond is en of er genoeg spieren zijn. Bijvoorbeeld bij ziekte of herstel kan het helpen te weten of je lichaam genoeg spieren heeft om goed te functioneren. Het geeft ook informatie over de balans tussen vet en spieren, wat belangrijk is voor een gezond gewicht en een goede gezondheid. Door deze meting kan de zorgverlener een beter plan maken voor voeding en beweging.

Een eenvoudige manier om te bepalen hoe sterk de spieren in je handen en armen zijn. Het apparaat meet de kracht die je uitoefent wanneer je in een handgreep knijpt. De kracht wordt gemeten in kilogram.

De handknijpkracht geeft een goede indicatie van de algehele spierkracht en gezondheid. Een sterke handknijpkracht kan wijzen op goede algemene spierfunctie, terwijl een zwakkere kracht kan betekenen dat er spierverlies is, bijvoorbeeld door ziekte of veroudering. Door deze meting kan de zorgverlener beter inschatten hoe goed de patiënt herstelt, of er meer oefeningen nodig zijn, of de voeding aangepast moet worden, en kan er sneller actie worden ondernomen bij zwakte of spierverlies.

Middels enkele korte testjes wordt gekeken naar hoe goed je lichaam beweegt. De uitslag van deze test laat zien hoe sterk en mobiel je bent.

Deze test helpt bij het inschatten of je risico loopt op vallen of achteruitgang. Samen met je behandelaar kun je plannen maken om sterker en fitter te worden.

Het meten van de buikomvang, bovenarmomtrek en de kuitomtrek zijn belangrijke metingen om te zien of iemand een gezond gewicht en spiermassa heeft. Deze metingen helpen bij het beoordelen van de gezondheid, vooral bij ondervoeding of overgewicht.

Een nauwkeurige voedingsanamnese is belangrijk omdat het helpt om te begrijpen wat iemand eet en hoeveel voeding hij of zij binnenkrijgt. Door precies te weten wat iemand eet, kan een zorgverlener bepalen of de persoon voldoende voeding krijgt of misschien iets mist. Dit helpt om gezondheidsproblemen te voorkomen of op te lossen, zoals ondervoeding of overgewicht. Het geeft ook inzicht in welke veranderingen nodig zijn in het dieet om de gezondheid te verbeteren.